verhaal van een belgishe nederlandse
“Gaat het mama?”…geen reactie
“Kan ik iets doen voor je?”…stilte
“Wil je een dekentje, iets om te drinken misschien?”…nog meer stilte
“Vrouwtje kan ik iets doen voor je?”…geen reactie
“Vrouwtje?”…. stil
“Zeg eens iets?”….
Enkel ziekmakende, agressie uitlokkende stilte. Maar er valt geen woord.
Even later het geluid van rinkelende flessen in de berging, verdriet op vader’s gezicht.
Het is het vechten met de fles.... een gevecht die uiteindelijk moeilijker en hopelozer wordt.
Ofwel….Thuis komen. Een blaadje op tafel. STIL ZIJN MAMA SLAAPT
Of mama komt maar niet naar huis, ook al is het al lang donker...ook al weten wij niet waarheen en waarom.
Het waren dagelijkse scenario’s bij mij thuis…geen mishandelingen. Wel dit:
Opgroeien in een huis vol doden…een moeder altijd in bed en verslaafd aan medicatie en zelfbeklag. Mijn moeder werkte niet meer van toen ik een jaar of tien was. Mijn vader verslaafd aan alcohol en vaak weg. Mijn vader had twee jobs om alles rond te krijgen. Ik dacht dat het normaal was. Dat de controle en het verstikken in de wakkere momenten gewoon een vorm van opvoeden was. De afwezigheid van aandacht en liefde, geen mening mogen hebben, geen vrienden, geen gedachten, geen eigen ik…. ik mocht enkel een gehoorzaam aanhangsel zijn van een kille leegte. Ik trok me terug en troostte me met muziek. Muziek was altijd bij me. Het was niet genoeg…het was lang niet genoeg. Ik wou meer, ik wou leven! Mijn verlangen naar tederheid en geborgenheid.…Ik wou niet bijdragen aan een kil, leeg en pijnlijk gezin. Mijn moeder was een ziek hysterisch mens. Altijd klagen en zagen dat andere kinderen zoveel braver waren. Haar altijd de vraag stellen waar ze zoiets had verdiend. We mochten niets en waren slaafs. En tot een bepaalde leeftijd deden we gewoon wat van ons werd gevraagd. Als ze wakker was zat ze een ganse tijd te roken of lag ze in de zetel commando’s uit te delen. Ze deed weinig, gaf weinig maar nam heel veel. Als kind greep me dit erg aan. Ik heb hun toen ik tien jaar was nog gevraagd om naar een pleeggezin te mogen. Ik herinner me ook nog dat mijn vader toen ik twaalf jaar was een briefje vond waarin ik schreef dat ik dood wou zijn. Hij probeerde met me te praten maar ik had me al van hem afgesloten. Hij was aan de slechte kant....haar kant. Vader wist niet hoe moeder soms kon zijn, hij was vaak weg of in haar macht. Toen hij thuis kwam van zijn werk kreeg hij vaak hysterische onjuiste verhalen te horen over hoe we ons hadden gedragen. Haar eigen aandeel en pesterijen vertelde ze er niet bij. Ik wou dat ze zouden scheiden. Ik was altijd bezorgd om hun en aan de andere kan HAATTE ik hun zo hard voor wat ik niet kreeg. Nooit vertelden ze mij dat ze van me hielden, nooit een liefdevol gebaar. Toch kan ik me herinneren toen ik een klein meisje was dat mama liedjes zong, of dat we knutselden. Ik kan me herinneren dat we met papa naar het bos gingen of hoe hij pink floyd luidkeels meezong tijdens de afwas. Ik herinner me de avonden dat we gezellig samen naar kinderen voor kinderen keken of hoe we verjaardagen en feestdagen vierden. Ik vier ze niet meer, ze zijn lang voorbij.
Waar het is beginnen veranderen en het waarom ervan weet ik niet. En het doet er allemaal niet veel toe.
Het zijn niet de keuzes die je maakt maar de gevolgen die je draagt die het scherpst kunnen snijden. Dat weet ik als moeder ondertussen heel goed!
Ik had een oudere broer en een jongere zus. We maakten ruzie maar we waren broer en zus. Gebonden voor het leven. Soms benijdde ik het kleine meisje in mijn zus, en soms het grote onafhankelijke in mijn broer....het lot van het middelste kind denk ik. Mijn zus en ik speelden en zongen samen als echte meisjes, van mijn broer leerde ik kattenkwaad uitsteken. Later leerde ik van hem stoer te zijn, te roken enzovoort. Waar oudere broers niet goed voor zijn. Ik keek op naar hem. Maar zijn ongeuite woede die weerspiegeld in zijn ogen beangstigd me tot vandaag nog steeds.
Toen werd ik puber en kwam ik in opstand. Ik was tien jaar toen ik begon te puberen. Ik werd heel vroeg ongesteld en draagde daarover een grote schaamte met me mee. Wat veel te vroeg was en ik kreeg te kampen met emoties waar ik nog niet rijp voor was. Ik was nog een kind, ik hoorde nog te spelen zoals de rest van de klas maar dat boeide me niet meer. Ik wou groot zijn, en ik moest ook groot zijn want ik zag en voelde de wankelende toren die mijn ouders met schone schijn probeerden recht houden. Ik wou niet dat hij het kleine meisje zou verpletteren. Als kind voelde ik al veel aan. Maar ik schonk er geen aandacht aan.
Ik begon op te trekken met jongens, ik wou mooie kleren, goeie muziek….En vooral: ik wou aandacht, want dat had ik thuis zo tekort.
Een leraar pestte me en maakte seksuele opmerkingen. Meester W...ik zal hem nooit vergeten. Nadien heb ik van mijn vader vernomen dat hij als getrouwde man ooit een tong in mijn vader zijn mond draaide. De manier van zijn dochter die speelde met de barbie poppen, de seksuele getintheid ervan....het zou me niks verbazen als hij een pedo zou zijn. Ik voel nog steeds haat als ik aan hem denk. Hij was gemeen. We moesten er soms heen als mijn ouders werkten. Hij had het over mijn ontluikende borstjes, ik moest hem zelfs eens een zoen geven. Nee ik ben niet verkracht maar het maakte me heel klein. Ik zei er niets van. Hij ging altijd klagen bij mijn ouders dat ik mijn best niet deed. Ik deed zo mijn best om te voldoen maar kreeg op mijn kop. Mens ik voelde me zo alleen! Ik begon in het geniep sigaretten te roken om indruk te maken op een jongen, ik was toen twaalf jaar. We gingen naar het plein beneden, waren rebels. Een jaar later had ik mijn eerste ervaring met seks. Op de nachttrein toen we terugkeerden van een kamp in Zwitserland. Mijn eerste heftige kalverliefde....ik durfde geen nee zeggen. Het ging zo lang door, ik voelde me misselijk. Nadien heb ik die jongen nooit nog gehoord...de groeipijnen van een puber meisje. Ik loog, spijbelde, dronk, gebruikte drugs, gebruikte en werd gebruikt om seks… alles was beter dan thuis. Het was wankelen tussen het zoeken naar tederheid en het zoeken naar een manier om niet te voelen.
Op deze momenten had ik aandacht, hoe negatief en destructief het ook was…het was iets! Na school zat ik soms onderweg te huilen omdat ik het zo ontzag om naar huis te gaan. Zouden ze er weer niet zijn, of zou ik terug in de ring moeten stappen…vechtend om mijn eigen ik, om het kind in mij. Ik heb niet vaak slagen gekregen, mishandeld was ik al helemaal niet. Emotioneel voelde ik me wel verwaarloosd. Het deed mentaal veel pijn. Ik kraste met een scherp voorwerp in mijn armen. Dan liever de fysieke pijn. In die tijd heb ik geleerd mij aan te passen aan de wensen van een ander. Wou een jongen een stoere meid die alles durfde en hem op alle gebied voldoening gaf…dan kreeg hij dit. Moest ik het lieve meisje zijn…geen probleem. Vriendjes genoeg gehad op deze manier.
Als ik me genoeg kon aanpassen kreeg ik even de “liefde” die ik thuis miste. Al was het meestal maar simpel seks ook. Ik zou alles gedaan hebben om dit te krijgen. Deze patronen zouden zich in de toekomst nog vaak herhalen in relaties die ik aanging. Op school is alles altijd redelijk goed blijven gaan. Ik lette niet op en had een grote mond maar ik moest niet veel doen om met goede cijfers naar huis te gaan. School was mijn vrijheid om mijn frustraties te uitten. Leraren hadden geen gezag over me, ik lachte hun uit des te meer ze probeerden. Ik was intelligent genoeg om net niet over de grenzen te gaan zodat ik niet geschorst werd. Voor hen die me wel in de hand konden houden had ik veel respect. Ik had vriendinnen, ook felle meiden. Ik had vrienden, sommige stoer...anderen gebruikte ik om dingen te bekomen. Toen ik vijftien jaar was mocht ik naar mijn eerste fuif. Ik moest om twaalf uur thuis zijn. Ik hield er zo van om te dansen, te drinken, te verleiden en verleid te worden. Hoe heftiger de avond, des te geslaagder.
Er was ook de seks op parkings, in auto's...nooit voelde het goed. Ze gebruikten mij maar ik gebruikte hun evenwel om aandacht te krijgen. Ik ging ook stiekem uit naar dancings wanneer het niet mocht. Ik bleef dan zogezegd bij een vriendin slapen. Mijn ouders hadden het moeten weten...hoe schaars gekleed we in mooie wagens met gladde oudere jongens veel te snel meereden naar een discotheek. Ik mag niet denken dat ik zelf zo'n dochter zou hebben!! Of de goedkope seks op een toilet in een café...noem maar op....ik was volledig los geslagen. Ik heb nog naakt buiten gelegen met een jongen, het was toen zo hard aan het vriezen dat ik bijna blauw werd. Maar ik zou niet afgeven voor een kans op aandacht.
Toen ik mijn eerste vriend leerde kennen en hij zei dat hij me graag zag was mijn leegte ook meteen ingevuld. Ik verwarde de verliefdheid met liefde en klampte me vast. En wat was het mooi en wat ging ik zweven. Ik had hem zo nodig, hij maakte mijn geluk. Ik wist zeker, dit is voor eeuwig. Als ik erop terug kijk lijkt het grappig hoe naïef en onbezonnen ik nog was. Het was kalverliefde…oppervlakkig… Ik was een tiener, hij een twintiger. Mijn ouders waren hier fel tegen en maakten het ons zeer moeilijk. Ik werd gekooid. Mocht hem niet zien enzovoort...Maar ik was erg creatief in het beliegen en bedriegen van mijn ouders. Alles voor de liefde, ik zou sterven als ik hem even niet zag.
Toen mijn moeder mijn pil vond nam ze die af en mocht ik mijn vriend niet meer zien. Dus ging ik weer meer spijbelen om te kunnen samen zijn met mij vriend. Na een tijdje kreeg ik mijn maandstonden niet meer. Ik merkte ook dat mijn buik wat harder stond. Ergens in een openbaar toilet heb ik dan een test gedaan. En ja ik was zwanger. Een kindje… iets van mezelf om lief te hebben (of was het om mij lief te hebben?). Ik wist meteen dat ik het wou houden en raar maar ik ben er mij zo aan gaan hechten, misschien was dit een lichtpuntje dat ik krampachtig wou vasthouden. In die tijd liepen de gemoederen thuis zo hoog op.
Ik zat in een constante machtsstrijd om vrijheid en om liefde. Mijn moeder kreeg soms zonder redenen hysterische uitspattingen en als vader thuis kwam was hij een dronken razende stier. Toen moeder weer een hysterische bui kreeg(omdat we bij toeval hetzelfde glas namen uit de afwas) ben ik gaan lopen. Ik voelde me zo ongeliefd, zo gekwetst. Ik sprong op mijn fiets en wist wat het ook zou kosten…ik zou nooit meer terug gaan naar dat zieke huis. Mijn zus en ik huilend op de fiets. We reden naar een vriendin van haar. De moeder vangde ons op. Ik zag hoe het mijn zusje pijn deed om terug naar huis te gaan terwijl ik er nooit meer zou terugkeren. Ik wou dat ik haar kon meenemen. Het schuldgevoel was groot. Maar ze heeft me nooit iets verweten.
Ik kon terecht bij mijn vriend die nacht en we werkten een plan uit om vrij te gaan leven. Hij, ik en de baby. Ik was zeventien.
Vrij zou ik helaas niet worden.
Ik heb de eerste dagen dat ik weg was thuis vaak gehuild. Misschien om het verloren kind in mij, misschien van de pijn omdat ik mijn gevecht om ouderlijke liefde was verloren. Maar ook uit schuldgevoel dat me verteerde, vooral ten aanzien van mijn zusje die ik niet kon meenemen en zelfs ten aanzien van mijn ouders.
Maar ik ging mezelf bewijzen, ik ging ze allemaal tonen dat ik niemand nodig had en dat ik wel volwassen kon zijn. Want dat was ik toch wel zeker! Even was ik echt gelukkig door het nieuwe leven dat ik had verkregen. Ik weet nog hoe we praatten over de baby en onze toekomst als ware al bereikt hadden.
Een avond lag ik zalig in de zetel, de handen van mijn vriend en de mijne op mijn buik. Ik was bijna drie maand zwanger. Er klopte iets niet…ik wist niet waarom ik dat plots dacht maar ik stond recht en voelde iets springen in mijn buik. Doodsbang ging ik naar het toilet en daar werd mijn angst bevestigd…Om het zo lelijk te zeggen…ik bloedde als een zwijn. Ik werd zot van verdriet. Ik moest naar het ziekenhuis om alles weg te halen. De gynaecologe kwam er bij en vertelde dat het beter zo was, ik was toch nog veel te jong. Mijn ouders stonden aan mijn ziekenhuis bed zonder maar één woord te zeggen. Het zal hun ook wel pijn hebben gedaan om mij voor het eerst zo terug te zien. En iedereen zei dat ik sterk moest zijn. Niet tonen aan die mensen dat ik ongelukkig was dat was de beste wraak. Dus ik toonde me sterk en ging verder...Ik stopte met school omdat mijn vriend zei dat je geen diploma nodig had en ik hem trots wou maken.
Ik ging trakteren bij mijn ouders omdat ik mijn diploma zogezegd had gehaald. Ze mochten het niet weten…ze mochten niet weten dat ik had gefaald. Ik zou hun geen redenen geven om te kunnen zeggen “zie je wel”.
Bring me home to this house of many days
Just lay me on the floor hard and cool as slate
You know I love it more and more than before I ran away
It triggers off so many hurts hurtful words and broken plates
I lied to
Now I'm fuzzy
I've been lied to
All and all the world is small enough for both of us
To meet upon the interstate waiting on a train
And just when those big arms lift up fall in love with no time to say it
En zo begon het leeg bestaan terug vorm te krijgen. Niet gelukkig, de wensen van anderen vervullen zonder veel terug te krijgen. Na een tijd begon de mooie roes van de liefde te verdwijnen. Ik had geen geld, geen kleren, een matras op de grond om te slapen, geen zinvol werk, was afhankelijk…ik had niks meer…niks dan de mooie schijn. Mijn vriend begon te drinken, te bedriegen en te gokken. Ik ging weg bij hem,.Maar ik kwam terug omdat thuis zijn bij mijn ouders na enkele dagen teveel pijn deed. Terug was alles beter dan thuis zijn. Want ook al deden mijn ouders hun best, ze konden hun destructieve manier van leven niet verbergen. Mijn vriend was elektricien en had in die tijd gesjoemeld met de zaagmachine van mijn vader om hem een schok te geven. Zijn wraak op het niet aanvaard zijn. Hij begon ook agressieve kantjes te tonen en toen belandde ik in een vluchthuis. Mens wat een miserie daar! En terug was ik mijn vrijheid kwijt en voelde ik teveel leegte. Dus wat deed ik…waar kon ik naartoe…mijn vriend. Als ik in de spiegel keek zag ik een afgeleefd mens dat veel te dik en veel te oud was voor haar leeftijd. Ik was alle gevoel van eigenwaarde kwijt. Ik was mezelf kwijt. Ik straalde niet, had een vage expressie op mijn gezicht, meer verdoofd dan levend. En mijn jonge leven moest in feite nog beginnen. De relatie was ook verloren want hij was verliefd op iemand anders. Toen ging ik definitief weg bij hem. En deze keer voelde het goed! Mijn vader kwam me letterlijk en figuurlijk uit de shit halen. Want wat een boeltje werd het daar
Onze gezamenlijke vrienden bleven zijn vrienden en keerden me de rug toe. Mijn schoolvriendinnen hoorde ik al lang niet meer. Ik had me volledig op de relatie gestort en iedereen verwaarloosd.
Ik ben toen beginnen inzien dat de meeste vriendschappen niets voorstellen. Je gaat ze snel aan en laat ze al even snel vallen zonder dat het je iets doet. Heeft me dat gekwetst? Nee, het waren de groeipijnen van ouder worden. Het is het plotse beseffen dat het leven niet zo makkelijk en simpel zou blijven. Ook al denk je dat als je jong bent.
Ik begon in de horeca te werken, had een kamer in de Langestraat in Oostende(marginale buurt). Het waren eigenlijk plezante tijden. Ik was weg van alles. Het werk was soms stressen maar we zeverden en lachten en ik leerde veel mensen kennen(mannen vooral).
Op ouderjaar ging ik met mijn collega’s iets drinken. Ik zou niet te lang blijven. Veel weet ik niet meer maar we belandden op iemand zijn appartement. Het volgende dat ik weet was dat we allemaal speed aan het gebruiken waren. De komende tijd erna ging ik van mijn werk het nachtleven in en omgekeerd. Ik sliep misschien één dag in de week, soms twee. We gebruikten continu. Als meisje kreeg je vaak gratis speed. Ik moest ooit eens op het wc doen alsof ik aan het neuken was zodat het niet opviel dat we met zijn tweeën cocaïne aan het snuiven waren. De geur van speed, elke dag opnieuw....walgelijk. Maar je snoof gewoon. In zes maand tijd verloor ik veertig kilo wat mijn zelfbeeld wel terug verbeterde maar ik was de uitputting nabij en stopte met speed.
Ik leerde een Marokkaanse jongen kennen. Mooi smoeltje. Ik dacht dat ik geen kans had van hem maar paste me aan en hij werd “verliefd”.
Na een maand stelde hij me voor een keuze. Of ik kwam bij hem wonen of hij ging terug naar Antwerpen. Ik dacht, wat maakt het uit. Ik trok bij hem in.
Ik leefde in een appartement waar we enkel een matras hadden. Geen zetels geen stoel, geen kast…niks. Eens ik bij hem ingetrokken was werd hij verbaal heel dreigend en agressief. Hij dacht vaak dat ik hem bedroog en dreigde mijn keel over te snijden. Al dacht ik niet dat zo’n blaffende hond zou bijten…ik werd hem wel heel onderdanig. Ik wou hem liever tevreden houden. Dus als meneer in het midden van de nacht terug kwam van uit te gaan en hij wou eten dan maakte ik dat. Ik mocht het appartement niet uit en hij was altijd op stap. Ik zat letterlijk opgesloten. Ik had het wel redelijk rap gezien met hem en ging weg.
Ik leerde in die tijd op het werk Kevin kennen. Kevin was heel erg luisterend, ontspannen en vrolijk toen. Ik belandde bij hem thuis en ging er nooit meer weg. Eigenlijk was ik nooit erg verliefd op kevin maar meer op het gevoel dat hij me gaf en de vrijheid. Ik mocht wel dingen doen voor mezelf met mijn eigen geld. Zoals mij mooie kleren kopen, naar de kapper gaan…allemaal dingen die niet konden bij mijn eerste vriend. En ik dacht dat dit getuigde van respect voor mij. We leefden relaxed zonder zorgen. Kevin rookte elke dag cannabis en ik vond het ook best leuk en rookte mee. Ik dacht helemaal niet meer na.
De relatie met mijn ouders ging beter omdat ik vaak hielp met het huishouden en terminale grootouders. Ik bleef daar nu en dan slapen omdat mijn vader te ziek was om alles te doen en moeder er niet was of in bed. Ik maakte mij grote zorgen rond vaders drankgebruik en mijn opa die zou sterven.
Maar een jointje doet veel spanning verdwijnen. Ik wou een nieuw leven en mijn fouten van vroeger ongedaan maken. Ik koos ervoor om terug te gaan studeren. Ik schreef mij in bij de VDAB om de opleiding verpleegkunde te volgen. Kevin wou dat ook, hij wou overal zijn waar ik was, doen wat ik deed. Toen we samen aan de voorbereidende opleiding begonnen voelde ik me echt verstikt. De plotse boosheid van hem....ik raak nog steeds nerveus als ik mensen geïrriteerd
zie.
Ik moest opletten dat ik niet teveel praatte met anderen en hij genoeg aandacht kreeg … Hij was ook heel erg jaloers dat ik het er zonder moeite met uitstekende cijfers vanaf bracht.
Ik had toen beter moeten weten, ik had toen mijn gevoel moeten volgen en weggaan. Maar waar naartoe?Ik was afhankelijk. We waren net geen jaar samen en ik werd zwanger. We waren alle twee gelukkig maar ik besefte toen niet dat kevin mij hiermee aan hem wou binden. Kevin was altijd al angstig en paranoïde dat ik hem zou kwetsen. Ik stopte met roken en ook met cannabis en was doodgelukkig met mijn zwangerschap. Ik ging naar school en haalde goeie resultaten. Maar de druk van een zwangerschap werd kevin teveel. Alles wat geregeld moest worden, de verantwoordelijkheid … hij barstte geregeld uit.
Als hij dit deed smeet hij bijvoorbeeld met een microgolf oven en bleef mij uren lastig vallen en aanklampen om mij verwijten te maken. Bezeten van paranoia. Ik kan moeilijk beschrijven hoe hij was en wat hij allemaal zei maar het was vernederend, kwetsend en psychotisch. Ik kreeg hem maar niet van me af. Hij liet me zelfs niet slapen. ZIEKELIJK!
Dat hij me zo gestresseerd kon maken terwijl ik zwanger was! Meermaals beloofde hij te stoppen met cannabis maar het lukte hem niet. Het zou wel lukken eens dat Noah geboren zou zijn. En ik geloofde hem….
Tijdens mijn zwangerschap zag ik vader langzaam sterven, hij was nog maar een schim meer. Volledig aangetast door de drank en de stress met mijn moeder. Ik wist dat ik hem heel binnenkort zou verliezen. Enkele dagen voor Noah zijn geboorte vertelden mijn ouders dat ze zouden gaan scheidden. Het gaf me hoop dat er dan misschien één van hun nog te redden viel. Mijn moeder had ik al lang opgegeven.
En Noah werd geboren en ik was dolgelukkig… ik kan dat aan geen mens beschrijven! Ik heb toen gezworen beter te zijn, beter te doen…hem alles te geven wat ik maar kan. Dan kon er toch iets goed gaan in dit verrotte leven!
De dag dat ik thuis kwam uit de kliniek met Noah trof ik een puinhoop aan!! Ik heb een dag nodig gehad om het appartement te kuisen. ...kattepis, bedorven eten, rommel.....Welcome home
Noah was twee weken toen we bezoek kregen van vrienden van Kevin. Maar niemand was geïnteresseerd in de baby. De cannabis vloog op tafel en rollen maar. Toen was ik woest! Mijn klein engeltje lag daar te slapen en de cannabis was interessanter??? Ik heb ze buiten gezet en een fikse ruzie gehad met Kevin. Hij beloofde dat dit zijn laatste joint was geweest. Ik geloofde het niet meer.
Noah had een hartprobleem. Zijn eerste vijf levensmaanden lag hij elke maand wel s in de kliniek. Toen hebben ze een operatie uitgevoerd en is alles goed gekomen. Elke keer ik terug thuis kwam met hem dezelfde puinhoop en terug cannabis in huis.
Toen Noah zes maand was stierf mijn opa, mijn God. Ik was erbij Ik was wel verdrietig maar heb amper een traan gelaten. Ik moest sterk zijn en mijn moeder steunen. Mijn moeder kon mij altijd al letterlijk leegzuigen, ik kon geen grens stellen of afstand nemen van haar zieke gedoe.
De ruzies met Kevin werden erger en agressiever. Ik betrapte hem meer en meer op leugens. Ik was op van zijn constante paranoia achtervolgingen en agressieve ladingen.
Voor mij was het genoeg maar ik kon mij moeilijk los maken want waar moest ik naartoe? Ik wou rustig uitkijken naar een oplossing en Noah zijn eerste verjaardag nog samen vieren zonder ruzie.
Met mijn vader ging het ook heel slecht ik dacht elk moment bericht te krijgen dat hij dood zou zijn.
Gelukkig ging hij vlak voor Noah zijn verjaardag binnen om van zijn drankprobleem af te geraken.
De dag voor Noah 1 jaar werd heeft Kevin me geslagen en opgesloten in de slaapkamer. Noah zat te wenen en ik kon er niet bij.
Ik heb mij al veel laten doen maar heb mezelf altijd beloofd dat ik geen vrouw zou worden die geslagen word maar nooit weggaat van haar vent. De dag zelf ben ik dan vertrokken. Ik kon bij mijn moeder terecht…het kon even niet anders. Toch voelde ik me nooit echt kwaad voor wat kevin mij had aangedaan.
Ik begreep dat hij psychish niet helemaal in orde was.
Mijn ouders waren ondertussen een jaar gescheiden en mijn moeder was samen met een vrouw van twintig jaar jonger. Ik ging naar school, zorgde voor Noah, had vrienden. Ik was verlost van Kevin en het voelde echt goed. Maar Kevin liet mij niet met rust. Hij wachtte mij soms op en maakte dan ruzie waarbij hij wel s sloeg. Hij pakte Noah s uit mijn armen en in al zijn furie botste Noah met zijn hoofdje tegen een kast. Als Noah naar zijn papa ging kwam hij vervuild terug, een tijd lang met vlooienbeten. Op een dag zag ik Noah tussen twee cannabis planten staan en dat vond Kevin grappig?? Ik wou mijn zoontje niet meer meegeven maar kon dat niet maken.
De relatie tussen mijn moeder en haar vriendin ging kapot en ik kreeg de oude moeder terug die constant in bed lag, ’s avonds pas opstond en niks deed behalve klagen en wenen. Ik kreeg orders van wat ik allemaal moest doen, hoe ik Noah moest kleden etc. Niks was goed en ze zat constant in mijn nek te blazen. Ik werd terug haar slaaf en onderging het in plaats van op te komen voor mezelf. Toen ik dat uiteindelijk wel deed vertelde ze me doodleuk dat ik het eind van de maand buiten moest.
In die tijd leerde ik M kennen. M was vier jaar jonger dan mij en had een onbezorgd studenten leventje. Ik dacht dat ik zo’n jongen nooit kon krijgen. Zeker al niet om dat ik een kindje had. Maar hij werd smoorverliefd op me. Het was een mooie tijd met hem in het begin. Ook al mocht hij niet binnen van mijn moeder, we bleven elkaar zien. In die tijd had ik ook een nieuwe papa gekregen. Doordat hij van de drank af was konden we heel goed opschieten met elkaar. Ik kon hem alles vertellen en ik keek heel erg op naar hem.
Zijn visie op het leven , op relaties…. Een begripvolle, liefdevolle, slimme man. Hij zag ook dat het niet gezond was voor mij om bij mijn moeder te zijn.
Hijzelf is er destijds ziek van geworden en wou niet dat ik dit ook zou meemaken. Dus besloot hij mij financieel te helpen om een appartement voor mezelf te vinden.
Dit op voorwaarde dat ik mijn diploma zou halen en verder even goed voor Noah zou zorgen. Een maand later vonden we iets. Ik ben er gaan wonen en had niets dan mijn kleren en een luchtmatras.
Maar beetje bij beetje kwam alles op zijn pootjes terecht. Alles was oud of gekregen maar het was van mij.
Dit zou ik voor geen enkele man nog opgeven. Dit was van mij, mijn veiligheid en manier om niet meer afhankelijk te zijn. M kwam praktisch elke dag bij me. Hij ging bijna niet meer naar huis. Ik betaalde zijn trein, eten en sigaretten.
Ik was een beetje zijn moeder. Ik begon te ondervinden dat hij nog zeer kinds was en nam een beetje een rol aan die wisselde tussen minnares en opvoedster. Ondertussen gingen we met mijn vader een week naar de rust in beauvoorde. Hij is daar terug beginnen drinken. Ik kon het niet geloven, was doodsbang dat ik hem weer kwijt was. Ik zag de rusteloosheid en verdriet getekend op zijn gezicht. Huilend als een klein kind zat hij er na enkele dagen in zijn zetel. Schaamte, schuld, verdriet....maar dat hij het deelde en kon delen met zijn dochter, dat was heel innig. Zo had ik hem nog nooit gezien. Een gebroken man, mijn gebroken held. Ik bracht hem naar het ziekenhuis naar de psychiatrishe afdeling. Tijdens de wachttijd heb ik hemel en aarde moeten verzetten om hem daar te houden maar hij bleef. Na enkele dagen had hij zijn kracht terug gevonden. Hij was weer een beetje de oude maar nooit meer dezelfde. Altijd balancerend op de grens van rust en rusteloosheid. Alles was dualiteit. Dualiteit lijdt tot strijd. Dat herken ik goed genoeg.
Noah ging één dag in de week naar Kevin, dit was toen tijdelijk zo beslist door de rechtbank. De dag dat mijn oma stierf kreeg Kevin het in zijn hoofd dat hij me terug wou. Hij bestookte me met bizarre berichten en telefoontjes. Toen ik mijn telefoon uit legde kwam hij me lastig vallen aan mijn appartement. Hij begon te trekken en te duwen aan me. Hij greep mijn handtas en liep er mee weg. Mijn vriend liep erachter en confronteerde Kevin met wat hij deed. “Maar dat ben ik niet, ik ben niet zo’n persoon”, “Lien liegt, ik heb die handtas niet gepakt, jullie hebben een verkeerd beeld van mij”…… hij stond er wel mee in zijn handen???? En ik had wel blauwe plekken. Kort erna toen hij eens om Noah mocht komen smeet hij me zonder aanleiding tegen de muur en sloeg me. Noah zat op zijn arm en weende en was bang. Zo zou hij Noah niet meenemen en ik liep achter hem. Alle mensen op straat stonden te kijken maar niemand deed iets.
Zijn klem rond Noah deed hem pijn. Noah kon amper spreken maar weende en zei “mama papa gedaan”. Uiteindelijk kon een vrouw Kevin overtuigen Noah af te geven aan haar. Ze nam mij en Noah mee in haar winkel en belde de politie. Ik schaamde me dood. De politie en de dokter kwamen langs. Ik voelde mij als moeder zo tekort schieten. Waarom kon ik Noah hiertegen niet afschermen.
Ik voelde me breken maar moest mijn vriend meer steunen dan hij mij. Want hij kon de stress nog veel minder aan. Ik had de kans ook niet om in de put te zitten want moest stage doen en mijn zoontje rekende op mij. Doorheen alles kon ik gelukkig altijd veel met papa praten. Hij was mijn grote steun.
De rechtbank stelde een sociaal onderzoek in. Ik was er redelijk van overtuigd door Kevin zijn druggebruik( waar ik bewijzen van had) en zijn agressie dat ik niets te vrezen had. Maar de sociaal assistente maakte me meteen duidelijk dat ze zelf opgegroeid was zonder papa en dat ze zou zorgen dat Noah dit niet zou overkomen. Ik werd toen heel bang om Noah kwijt te spelen. Ze praatte op me in en ik ging ermee akkoord dat Noah om de twee weken een weekend bij Kevin kon zijn.
Kevin kon hem de vrijdag ophalen bij de dagmoeder en de maandag terug brengen. Zo moest ik Kevin ook niet meer zien. Ik ben in die tijd gaan genieten van Noah alsof elke dag onze laatste was.
In school ging ik ondertussen naar mijn laatste jaar psychiatrie. Die opleiding was gewoonweg super. Op mijn stage groeide mijn zelfvertrouwen dit was wat ik goed kon. Ze zeiden dat ik met kop en schouders boven de studenten uitstak.
Werken met borderline, crisis situaties, een schitterend team… ik leefde! Op een stagedag kreeg ik telefoon van de dagmoeder dat Noah niet was terug gebracht na een weekend bij Kevin. Je kan niet geloven wat er op dit moment door me ging. Ik belde hem en kreeg geen antwoord. Bij de politie zeiden ze dat ze weinig konden doen dat er ouders waren die soms maanden of jaar hun kind niet zagen.
Ik was zo bang. ’s Nachts had ik flitsen over Noah die dood was, ik regelde zijn begrafenis… een wit kistje…. Weeral moest ik M meer steunen hierin dan omgekeerd.
Eigenlijk moest dat niet, was het ik die deze keuze maakte. Na een week kreeg ik Noah terug. Kevin had toestemming gekregen van de sociaal assistente om hem een week te houden. Toen ik belde met haar zei ze dat hij als papa het recht heeft om zijn zoon te zien en ik was de moeilijke ouder.
Ik deed mijn stage uit, deed mijn examen. Manuel plakte aan me… hij was er constant en eiste zoveel aandacht. Ik was het kotsbeu en stootte hem af, niet bewust maar ik kon mijn afkeer niet verbergen. Toch kon ik hem niet kwetsen en zeggen waar het op stond dus hij bleef maar… dan heb ik hem uiteindelijk toch weg gestuurd. Het was geen slechte jongen, maar hij was nog een kind dat een moeder in me zocht. Hij was als een grote baby. Ook al had ik het al gezegd tegen hem, het veranderde niet en ik begon ervan te walgen. Kort erna leerde ik iemand kennen van Nederland, ik kreeg weinig liefde maar ik zou dat wel verkrijgen dacht ik.
Hij wou dat ik vermagerde dus verloor ik op het gemak twintig kilo met een crashdieet. Ik betaalde zijn benzine om tot bij mij te komen en deed alles om te voldoen. Na een korte tijd zag ik dat hij aanpapte met andere meisjes en heb ik het stopgezet met hem. Het deed me niets, het was nooit geen grote liefde geweest. Al die waardeloze mannen in mijn leven. En toch bleef ik geloven dat ik op een dag de juiste persoon zou vinden, ik bleef geloven in de liefde… Nadien klinkt het echt belachelijk en onherkenbaar maar zo was ik toen wel.
Dus leerde ik weer iemand kennen. Het klikte zo goed. En toen ik hem voor eerst echt ontmoette....wat een knappe gast, wat een ogen! Hij had wat littekens en problemen en ik had daar natuurlijk van alles tegen… levensbeschouwingen, liefde en nog meer problemen. Hij vertelde me al die mooie dingen, je weet wel. Ik stortte me er volledig in. Mijn hart op tafel en hij had maar te nemen. Toen vertelde hij me plots dat hij niet over zijn ex heen was.
En ik die geloofde dat ik “ speciaal “ was voor hem.
Nu had ik nog nooit een gebroken hart gehad want ik had altijd iedereen kunnen krijgen die ik wou(ik legde de lat ook niet al te hoog). En als ik voelde dat ik gekwetst ging worden had ik tegen die tijd een muur gebouwd of ze verlaten.
Ik kon het niet geloven, al die mooie beloftes…. Ik voelde me gebruikt. Het kon gewoon niet. Ik wist hier totaal geen raad mee....de verlating.
Ik voelde me zo slecht dat ik drie dagen later een fles wijn begon te drinken, pillen nam en in mijn armen sneed. Ik wou weg, kapot, dood en toch niet. Ik wou leven, maar niet op deze manier. Al dat zelfbeklag. Voor een jongen …. Hoe stom klinkt dat nu. Maar eigenlijk was het gewoon de herhaling van mijn kindertijd waarin ik me verlaten voelde die ik herleefde. De verlating, het gevoel alleen te zijn.
Ik werd opgenomen op de PAAZ dienst(psychiatrische afdeling in een ziekenhuis). Van marginaliteit gesproken. Raar dat ik nooit zo ben geworden....alles leidde er thans naartoe.
Ze gaven me pilletjes tegen van alles en ik liep volledig gedrogeerd. Toch bleef ik geobsedeerd om mezelf pijn te doen.
Ik bleef snijden en alle opgekropte kwaadheid van de afgelopen jaren op mezelf richten. Snijden voelde zo goed, mezelf verwoestend, verlossend van de mentale pijn....het gaf zo'n rush! Na een maand werd ik doorverwezen naar Rustenburg. Ze konden me niet verder helpen, er was iets dat dieper zat en dat met medicatie niet op te lossen viel. Dan hadden ze dat toch eindelijk door.
In RB werd mij voor eerst duidelijk dat de situatie van het gezin vroeger niet normaal was. Ze noemde, me een geparentificeert kind met een hechtingsstoornis en verlatingsangst…allemaal termen natuurlijk. Wat wisten zij! Ik was hun altijd een stap voor en ze konden niet aan mijn emoties...
Voor de rest heb ik daar niet veel gedaan. Behalve dan op de regels gebotst, ze omzeild en heel veel plezier gemaakt. Ze hebben daar ook alle medicatie afgebouwd zodat ik terug normaal kon functioneren. In die periode heb ik ook mijn gevecht om Noah gestaakt en akkoord gegaan met co ouderschap. Noah werd nieuwsgierig naar zijn papa en ik wou hem dat niet afnemen.
Na vier à vijf maand wou ik mijn studies verder afmaken en terug voor Noah zorgen. Dus ik ging op ontslag. Het werd me afgeraden maar ik was overtuigd. RB deed bij mij toen reparaties aan een rijdende trein. Ik moest en ging doorgaan!
Ik had wel het gevoel dat ik er beter was uitgekomen. Al was er niet echt iets veranderd binnen in mij. Ik genoot van mijn kleine jongen en ging naar school. Keer op keer had ik sterke punten en goede stages. Ik dacht dus dat ik er door was. Enkele maanden later leerde ik Dave kennen. Dave had een zwaar verleden (gevangenis enz) maar hij ging in scholen rond voor drugpreventie en het leek of hij er sterk was uitgekomen. Ik wou hem niet veroordelen op zijn verleden. Ik wou het op het gemak doen maar Dave kroop echt onder mijn vel. Ik geloofde in hem en na een week nam ik hem in huis. Ik voelde dat ik het niet moest doen maar ik kon niet weigeren. Mijn intuïtie heb ik te vaak genegeerd om toch een hou vast in liefde te vinden. Ik zette terug alles op alles om te krijgen wat ik zo verlangde…liefde, en gezien zijn in wat ik allemaal wou doen daarvoor. Ik was wel bang en wantrouwig maar zette mij erover. De trein was weer vertrokken en ik was weer volledig mee! Dave ging elke dag naar zijn opleiding of preventies. We gingen soms samen met de trein tot in Brugge. Na een maand kreeg ik plots een email van zijn beste vriend dat hij zich zorgen maakte om Dave. Dave was al een maand niet meer opgedaagd op zijn preventiewerk of opleiding.
Toen ik hem ermee confronteerde zei hij dat het geen waar was. Maar hij kon zich er niet uit praten. Ik voelde me zo verraden, meer door mezelf misschien. Omdat ik weer zo impulsief was geweest. Ik was woest, razend, ziedend vanbinnen....maar aan de buitenkant was enkel een rust uit angst te bespeuren. Ik wou de relatie stoppen maar waar moest hij naartoe? Ik dacht meer aan zijn welzijn dan aan mezelf en Noah. Ik ging een week bij mijn vader, in die week dronk Dave elke dag drie flessen wijn. Ik stelde hem toen voor de keuze, opname of buiten. Hij liet zich opnemen.
Maar na enkele dagen zag hij zo af van zijn opname. Ik dacht dat ik hem als expert in problemen wel ging kunnen helpen. Als hij maar genoeg liefde zou krijgen zou het wel lukken.
Ik nam hem terug. Dat had ik nooit mogen doen. Dave dronk en slikte pillen, hij loog terwijl de bewijzen op tafel lagen. Hij was ook dreigend…die ogen…ik werd bang van hem.
Ik studeerde af, iedereen trots behalve ikzelf. Ik voelde er niks bij. Ik was enkel blij dat ik de mensen waar ik om gaf tevreden had gemaakt. Papa kwam met Noah naar de proclamatie. Ik kreeg een brief met een stukje tekst van “my way” van frank sinatra. Hij was zo fier op zijn onbezonnen dochter. Het was een mooie proclamatie. Iemand zong het lied “the river” van REM. Heel mooi. Muziek is een van de dingen die ik al vroeg deelde met mijn vader.
Ik had hun getoond dat ik ook iets kan volhouden. Ik tekende een contract om te werken en deed wat moest gedaan worden.
Dave liet zich opnemen in Rustenburg (op mijn voorstel). Na een week vertelde hij mij dat hij was buiten gezet en vroeg om terug te komen ( later hoorde ik dat hij zelf ontslag had genomen). Ik stelde de voorwaarde dat hij niet in contact zou komen met Noah en dat het tijdelijk zou zijn.
Dus op een morgen als Noah zou terug komen zeg ik dat hij weg moet gaan.
Dave werd heel kwaad. Hij zei dat ik hem niet graag zag. Toen ik zei dat dit wel zo was vloog hij naar mijn keel, ik vloog tegen de muur, kreeg nog een paar boksen… ik kreeg geen lucht.
Ik dacht toen, straks vinden ze me hier dood. Noah onthoud altijd dat ik je doodgraag zie… Ik weet niet alles meer van erna maar plots was ik los. Misschien heeft hij me losgelaten omdat mijn vader elk moment kon komen met Noah.
Hij had nog steeds voorwaardelijk van poging tot…op zijn ex vriendin. Die woeste ogen, die blik… ik kan het me zo nog voor de geest halen. Ik denk dat ik nog nooit zo bang was geweest. Ik was volledig in shock, ik krijste beefde...Mijn vader kwam met Noah en ik vertelde het hem. Ben die middag naar Ter Loo vertrokken voor een dag of twee. Vader bleef rustig en veroordeelde me geen woord. Prachtig als je dat als ouder zijnde kan. Geen enkele keer zei hij van wat heb je gedaan....nee hij heelde mijn wonden in de mate van het mogelijke. Ik ging erna gewoon werken maar sliep niet, keek constant achter me, had nachtmerries… De week erna ging ik bij een vriendin die ik destijds leerde kennen in RB. We dronken wat. Er kwam nog een gast hij had cannabis en speed bij. Ik wou een vlucht nemen van alles en smoorde en snoof er een hele avond op los. ’s Morgens kon ik niet vlug genoeg naar huis, ik voelde me zo schuldig! Waar was ik eigenlijk mee bezig?
Ik kon niks dan mezelf nog verwijten. Ik was zo’n slechte moeder, ik haatte mezelf zo hard!!! Ik gleed weer in een depressie en nu wou dood. Alles was voorbereid maar ik kon het Noah niet aandoen.
En het ergste, als ik zo zou doorgaan zou ik effectief wel s dood kunnen eindigen.
Ik speelde met vuur. Had niks van zelfrespect en was daardoor niet de persoon die ik wou zijn voor mezelf. En nog minder de mama die ik wou zijn voor Noah. Ik had die week Noah niet en gelukkig maar voor hem. Ik lag in de zetel en kwam tot niks. Ik wou alleen nog maar slapen en wakker worden als alle pijn verdwenen was. Ik nam seroquel en drogeerde mezelf zodat ik enkel nog sliep. Mijn huisarts stelde voor om terug naar RB te gaan. Na een week werd ik her opgenomen. Nu moest het gedaan zijn!!! Nu ging ik niet buiten eer alles anders was en ik sterker!!! Dit heb ik vaak herhaald.
Ik heb in al die jaren altijd gedacht sterk te zijn…als ik alles zo herlees denk ik dat ik inderdaad redelijk wat heb verdragen. Maar ik was nooit sterk genoeg om op te komen voor mezelf. Ik had geen enkele zelfwaardering. Ik heb mezelf eigenlijk belachelijk veel aangedaan en dacht steeds dat het buiten mezelf lag.
De eerste week in Rustenburg voelde enorm vernederend omdat ik daar terug was!
Ik sliep niet goed en had nachtmerries.
En gedurende het begin van mijn opname voelde ik me zo schuldig en ik haatte wie ik was.
Maar wie was ik eigenlijk? Ik had zeer weinig identiteit en ruggengraat. Wat ik wel had was zelfbeklag. Maar wie was ik?
Niets houdt mij vast, tot niets beken ik mij, tot niets behoor ik.
Alle gevoelens grijpen mij en niet één blijft.
Ik ben meer gevarieerd dan de toevallige mensenmassa,
ik ben meer verscheiden dan het spontane universum,
alle epochen behoren mij een ogenblik toe.
Alle zielen hebben in mij even hun plaats gehad.
Fluïdum van intuïtie, rivier van veronderstellen – maar,
Steeds opeenvolgende golven,
Steeds de zee – zichzelf nu niet herkennend
Steeds zich scheidende van mij, steeds grenzeloos
Ik wil vertrekken en mij vinden,
Ik wil terugkeren en weten waarvandaan
Ik heb in Rustenburg alles op alles gezet om te veranderen. Mijn psycholoog wees me erop dat ik geen slachtoffer was. Elke sessie opnieuw sloeg hij de nagel op de kop, ongelooflijk! Een man met ballen aan zijn lijf die niet zacht was maar me met de harde eerlijke waarheid opving. Het stemde tot nadenken en dingen anders te gaan benaderen. Ik ben bijna zes maanden in rustenburg geweest. Over deze tijd kan ik veel gaan schrijven...maar het zou vervelen. Wat ik wel kan vertellen is het volgt. Toen ik daar was kwam mijn zoontje op een dag terug van zijn vader met blauwe plekken. Wat ik toen voelde was verschrikkelijk. En het is sindsdien nog gebeurd. En alle instanties die ik sedertdien heb afgelopen vinden de situatie niet ernstig genoeg. Mijn zoon zal ook een getekend mensje worden...Maar over hem kan ik bijna niet schrijven.
En de week dat hij bij zijn papa is doe ik de deur van zijn kamer dicht en sluit ik me af van hem. Mijn kleine engel....
Toen ik nog in opname was leerde ik een man kennen, veel ouder dan mij. Ik liet hem toe in mijn leven, maar niet in dat van mijn zoon. Ik had hem graag maar hij zou me geen pijn doen als hij me zou verlaten. Hij leek een sterke onafhankelijke man, niet zoals al die losers die ik heb gehad. Maar deze keer had ik ook nog mijn eigen leven.
Ik zag hem maar enkele uurtjes op de week dus bleef hij me wel boeien.
Op 1 maart begon ik terug te werken, een nieuwe job. Een nieuwe frisse start in mijn leven, een leven die vanaf nu stabiel zou zijn. Ik belde of zag mijn vader bijna elke dag in die week. Hij geloofde in mij, hij gaf me begrip. Hij was mijn beste vriend, de enige tegen wie ik praatte, de enige die me niet veroordeelde. Mijn hele eerste werkweek dacht ik vaak aan hoe lang hij nog zou leven. Vrijdagavond vier maart kreeg ik telefoon. “ Lien pa is dood”. Het eerste wat ik dacht was: “ voila het is zover, je grootste angst en wat je verwachtte maar hoopte dat nog niet zou gebeuren”.
Ik heb gebruld, getierd, staan schoppen en slaan tegen alles wat in de weg kwam. Ik dacht dat ik ging sterven van verdriet. Zucht...ik ben toen misschien wel een beetje gestorven. De pijn was immens, ik voelde hem zelfs snijden in mijn slaap. Als ik al sliep. Mijn schoonzus kwam mij halen om hem nog een laatste keer te zien in zijn kamer in ter Loo. Het heeft een uur gekost eer ik binnen kon gaan. Ik heb daar een half uurtje gezeten, alleen met hem. Met dit onwezenlijke gevoel. Onze avonden, de weken dat ik in ter loo kwam logeren, zijn verhalen, zijn woorden.... Allemaal herinneringen. Herinneringen hebben geen toekomst meer. Ze zijn voorbij.
Hij liet mij een doos vol schriften na die hij zelf had volgeschreven. Lien weet het waarom hiervan schreef hij nog. Ik ben er als bezeten in beginnen lezen. Niet veel dat ik niet wist, wel heel mooi.Hij schreef hoe zeer hij mijn pijn kende, schreef gedichten aan mij en sprookjes voor mijn kleine jongen. Hoe ik dit met Noah heb beleefd ga ik niet neerschrijven. Maar het was heel puur.
De hele uitvaart was geregeld. Geen kist, geen urne, geen kerk...Wel poëzie, muziek en een deel van de as onder een boom (naar keuze door de kinderen). Het andere deel uitgestrooid aan zijn vijver. Simpel, bescheiden....
Ik schreef een tekst van twee bladzijden die ik voorlas op de dienst....sterk en zonder tranen....en helemaal uit mijn hart. Ik wou het uitschreeuwen: mijn dankbaarheid voor zo'n intense band met hem. Ik eindigde met zijn laatste gedicht aan mij. Het regende een hele dag maar toen scheen de zon door het kleurrijke glasraam op mijn gezicht.
En toen bewoog de wereld verder
Je kan hem toch niet stoppen
Ik wens je een wereld toe
Met af en toe een beetje de tuin van eden
Wat licht doorheen de kieren
En tijd voor mijmering
Voor stilte in de hoofden
Voor rust tussen de bomen
En dan
Wordt de wereld
Toch weer een beetje hemel
Ik kreeg dit gedicht een maand voor zijn dood. Het was de laatste keer dat we allemaal samen waren. Maarten, Ellen, Noah, papa, mezelf.... Het was die keer dat we elkaar na afloop aankeken en zeiden tegen elkaar...wat zijn wij toch anders....wat hebben wij een getekender maar dieper leven. Wat is het raar om mensen onbezorgd over koetjes en kalfjes te horen kletsen. Wij observeerden die avond hoe normale mensen denken en leven. En onze blikken van herkenning kruisten elkaar.
Vanaf nu stond ik er alleen voor en ik zou sterk zijn! Ik zou niet terug gaan naar af. Ik stortte me op mijn werk, ik zette een punt achter de relatie met D. Hij loog en had een dubbel leven. Ik voelde me wel sterk ja. Ik kon volhouden zonder vader en was onafhankelijk. Dus wat zou me dan nog neerhalen? Nadien hebben er nog enkele de revue gepasseerd maar niemand kon me echt boeien of doen voelen. Geen enkele kon mijn gevoel raken. Ik had ze soms eens nodig om niet alleen te zijn. Maar minder dan ik het alleen zijn nodig had. Het belangrijkste was ook dat Noah ze niet zag. En dat ik zeker wist dat ik mezelf geen pijn zou doen moesten ze me afwijzen.
Ik sta elke dag op en doe wat moet gebeuren. Zo nu en dan heb ik nood om te huilen maar ik kan het niet meer. Dan ga ik naar vader zijn boom en verlies ik enkele tranen.
Maar zelfs dat mindert wel.
Ze zeggen dat de pijn slijt met de tijd....Is dat zo want ondanks dat ik niet kan wenen is de pijn even scherp gebleven. Toch voel ik me sterker dan ik was.
Ze zeggen, na een tijd leer je te leven zonder die persoon...Ja maar dat deed ik altijd toch al? In mijn jeugd liep ik weg en was hij de “afwezige” vader. Nadien was hij te bezopen om er nog iets aan te hebben. Ik heb drie heel intense jaren met hem gehad toen hij ontwende. Zo intens dat je ze moet geleefd hebben om te begrijpen. Ze zeggen dat herinneringen blijven voortbestaan. We gingen samen naar de westhoek op rust, in de vakanties kwam ik logeren in ter loo. Hij bekeek mij en Noah vanuit zijn vensterraam, ik luisterde naar zijn woorden toen Noah lag te slapen. Naar zijn verhalen, ik las zijn ogen...hij de mijne. Hij was mijn steun en toeverlaat, mijn mentor, ....hij herinnerde me aan mijn sterktes als iedereen me herinnerde aan mijn zwaktes. En ondanks de ontelbare fouten die ik maakte, geloofde hij zo sterk in mij.
Dit heeft me vaak verbaasd...ik dacht...meen je dat nu? Maar dat deed hij.
En toen ik afstudeerde zaten hij en mijn zoontje op de eerste rij. Maar ook in mijn hart zaten ze en nog steeds op de eerste rij. Mijn vader had respect hoe ik in moeilijke tijden toch nog dingen bereikte. Hij had bewondering voor de liefde naar mijn zoon. De enige man is hij geweest in mijn leven die ik vertrouwde en die me bleef boeien. En ik wist niet dat hij in zoveel net als ik was tot ik al zijn boeken las die hij me naliet. Want ook hij leefde in de rusteloosheid en in honger...en hij leverde in het geheim nog steeds een gevecht met de fles. Van die wereld heeft niemand ooit veel mogen zien. Alleen grensgevallen zoals hij een was zagen het wel. Zo schreef hij nog in een van zijn boeken: Lien keek weer eens in mijn spiegel.
Mijn grootste vrees in die drie jaar was dat hij zou sterven. En als die angst dan uitkomt merk je dat het leven gewoon doorgaat maar minder bevreesd. Je hebt weer iets minder te verliezen?
Ik ben niet meer zo naïef en impulsief maar aanvaard nu de harde realiteit van het leven. Je kunt de gaten opvullen van de leegte....maar dit is altijd tijdelijk. De leegte is nu mijn vrijheid om mezelf te ontplooien in wat ik schrijf, voel, denk, doe, droom.....klinkt allemaal mooi? Nee mooi is het niet...het is eenzaam soms en het is wat het is. De behoefte om terug het kleine geliefde meisje te zijn blijft. En de gedachte aan leven/dood is er altijd.
Maar er is hoop, dat een mens zich ondanks alles krachtig kan voelen en kan blij zijn met wat hij is. Op het werk lachen ze met mij, ze vinden mij een vreemde eend omdat ik dingen anders bekijk. Maar tegelijkertijd vinden ze me ook boeiend en hebben ze veel respect voor hoe ik alles weet te redden en hoe sterk ik kan zijn. Ze wijzen me soms op mijn “anders” zijn, ik wijs ze dat ze teveel “inside the box” zitten....Ik denk dat ik me nooit ergens volledig thuis zal voelen, ik kijk altijd naar een wereld die de mijne niet is, of niet als de mijne herken. Het is raar te omschrijven en de meeste zullen me nooit begrijpen, toch leerde ik mensen kennen zoals mij. Mieke bijvoorbeeld. Ze was vader zijn beste vriendin. Een alleenstaande mama net als ik, ze heeft een gehandicapt kindje. Ze had ook reeds een zelfmoordpoging, ook net als ik. Maar ze heeft de levensvisie en kracht net zoals ik. Het is een echt cadeau zo een mensen te mogen kennen, maakt mijn wereld wat minder eenzaam. En op het einde rest er nog één vraag....heb ik spijt van hoe alles gelopen is? Hell no!!!!Het heeft me mens gemaakt, puur en met waarden die velen vergeten zijn. Ik ben geen robot die zichzelf en anderen voorbij loop. Ik voel en denk intens, en probeer ook zo te leven. Dat daar pijn bijkomt....so be it. Ik ben niet meer bang voor de dood. Elke dag denk ik er wel eens aan. Hoe kort en relatief het leven niet is.
We zijn nu anderhalf jaar later. Ik ben een jaar samen met een man die ik vertrouw als ik mijn vader vertrouwde. Hij heeft me terug doen openbloeien en nam mijn pijn voor een groot stuk weg. Al is het niet makkelijk, vaak ben ik heel angstig om terug te verliezen. Toch draait het nu vooral om genieten en stabiliteit.
Een tijd geleden kwam mijn ex schoonmoeder me opzoeken. Noah wordt weer geslaan en mishandeld door zijn papa. De laatste keer zei de arts dat het nipt geweest was. We hebben toen de handen in elkaar geslaan en noah weggehouden van zijn vader, ook al was het niet wettelijk in orde met het vonnis van co ouderschap. Het parket gaf aanvankelijk toestemming. Noah bloeide helemaal open in die periode, zijn ontwikkeling verbeterede, hij werd gelukkiger,....tot er politie aan de deur kwam dat noah terug naar zijn papa moet. Ik weet niet waar noah is, hij voelt zich vast door iedereen in de steek gelaten waar hij zich veilig bij voelde....ik snap niet dat de wet zo in elkaar steekt dat kinderen moeten lijden, in gevaar verkeren en geen veilige haven hebben om te rusten. Ik weet ook niet hoe lang ik nog kan vechten....ik loop al vier jaar tegen muren, ik weet ook niet hoe ik zou kunnen opgeven.
Ik wens mijn engel veel sterkte toe in een periode waar niets zeker is en de liefste mensen ver weg lijken.
Datum:
20-09-2012
Naam:
inara
Leeftijd:
28
Provincie:
Noord-brabant